In 8 stappen naar de juiste badkamerverlichting

Tip 1: Varieer
Net als in de leefruimtes brengt het gebruik van sfeerverlichting in de badkamer meerwaarde. Overdenk daarom de ruimte grondig en ga na hoe je functionele verlichting kunt combineren met sfeerverlichting. Je hebt daarvoor een hele waaier aan mogelijkheden: plafondarmaturen, hanglampen, wandlampen, indirecte verlichting. Het is de combinatie van deze verlichtingsmogelijkheden die het geheel mooi maakt.

Tip 2: Stem af op het gebruik
Is het zinvol de hele badkamer met één druk volledig in het licht te zetten. Het is niet alleen totaal overbodig wanneer je een tijdje in bad wilt relaxen, maar het breekt ook de sfeer. Zorg daarom voor verschillende circuits: eentje met de sfeerverlichting en eentje met de functionele verlichting. Zo kun je heel eenvoudig het licht afstemmen op de functie. De spiegel licht je apart aan. In een kleine badkamer kan een dimfunctie een oplossing bieden om het licht aan de functie aan te passen. Met domotica kun je alle sferen netjes programmeren.

Tip 3: Nachtverlichting
Heb je een toilet in je badkamer, koppel het badkamerlicht – desnoods alleen het lichtpunt bij het toilet – dan aan je nachtverlichting. Zo kun je ’s nachts een sanitaire stop maken zonder je huisgenoten te wekken. Rood licht maakt het ook voor jou comfortabel: het is minder fel dan blauw of wit licht.

Tip 4: Ga slim om met TL
TL leent zich heel goed voor het belichten van spiegels omdat het lamptype geschikt is voor frontaal licht. Om van het juiste licht te genieten, moet je toch aandachtig naar de verpakking kijken. Hierop vind je een code uitgedrukt in drie cijfers. De codes variëren van 825 tot 965. Het eerste cijfers zegt wat over de kleurweergave, de laatste twee over de kleurtemperatuur. De 25 moet je lezen als 2500, de 65 als 6500. Hoe lager het getal, des te warmer het licht. Hoe hoger het getal, des te kouder het licht. Warm licht leent zich voor een romantische badkamer, koud licht is eerder geschikt voor een moderne badkamer. De waarde 860 stemt overeen met normaal daglicht.

Tip 5: Meerdere lichtpunten
De tijd dat we één centraal lichtpunt in een ruimte kiezen, ligt achter ons. Weg dus met de basisverlichting. Het is zinvoller om drie lichtpunten in de ruimte te voorzien. Verdeel ze ook bij de verschillende functies: een ter hoogte van de ingang naar de douche, een bij het toilet en een bij het bad. Een betere spreiding van het licht zorgt voor meer sfeer en is bovendien ook functioneler.

Tip 6: Zen
Wanneer je van wellness in je badkamer wilt genieten, speelt verlichting een cruciale rol. Een aangepaste, rustige verlichting zorgt voor een groter zengevoel. Daar waar vroeger vooral RGB-systemen populair waren om je badkamer in alle kleuren van de regenboog te laten baden, kiezen we tegenwoordig veel meer voor een verfijnder kleurenpalet met subtielere nuances. Zo heeft wit bijvoorbeeld ook al een heel spectrum aan tinten, van zuiver wit tot warm wit en zelfs lichtoranje.

Tip 7: Weg met spots
Een spot is een accentverlichting en hoort dus niet als functionele verlichting gebruikt te worden. Het scherpe licht werkt overigens verblindend. Stel je maar eens voor dat je vanuit je bad recht in zo’n spot staart. Zijn de ruimte en mogelijkheden beperkt om met verlichting te spelen, kies dan voor een armatuur met diffuus glas. 

Tip 8: Overweeg led-verlichting
Led-verlichting is volwassen en betaalbaar geworden. Het is een dankbare lichtoplossing om met sferen te werken. Bovendien ben je verzekerd van een lange levensduur voor de verlichting.

Bron:
Habitos